Visie en streven van de coöperatie van Ondernemende Scholen
- Het is het streven van de ondernemende school kinderen zo in hun ontwikkeling waar te nemen en te begeleiden, dat talenten die in hen aanwezig zijn zo optimaal mogelijk tot ontwikkeling worden gebracht. Onderwijzen is voor ons ook: de kinderen een zo rijk mogelijke (op)voeding geven, zodat zij als volwassene verantwoordelijk en op eigen wijze ondernemend hun levensweg kunnen vormgeven, in verbinding met anderen en de wereld om hen heen. Zo verwerven zij zich het vermogen om vanuit hun eigen initiatieven op een ondernemende manier de wereld te vernieuwen.
- We doen dit in een met elkaar beleefde en actief vormgegeven eigen schoolcultuur/gemeenschap. We ontwikkelen samen bewustzijn over de ontwikkeling van ieder individueel kind, maar ook over de mens in het algemeen en de samenleving in zijn geheel. Door te leren van de kinderen en van elkaar. Zo scheppen wij met leerkrachten en andere medeondernemers zoals, ouders, leerlingen en bestuur een gezonde en inspirerende sociale bedding voor de individuele ontwikkelingsweg van ieder kind op school maar ook voor onszelf.
- Voor een sociale toekomst waarin we het individu als medemens recht kunnen doen en het ondernemerschap in de mens tot volle bloei kan komen.
We hebben de kinderen van deze tijd in beeld
- De kinderen van deze tijd zijn doorgaans veel assertiever dan vroeger. Open en zelfbewust stappen ze op je af en vragen ze om gezien en gehoord te worden. Ze brengen veel mee, veel ‘eigens’. Dat willen ze creatief inzetten binnen de klas, binnen de verwerking van de leerstof. Ze willen niet meer alleen ‘volgen’, graag nemen ze ook de leiding. Dat doen ze op een heel natuurlijke, vanzelfsprekende manier. Wij vinden het belangrijk om dat ondernemende ‘eigene’ tot bloei te laten komen. We doen dit door ze actief te laten oefenen met hun eigen wilskracht, zodat ze echt zèlf(standig) kunnen ervaren en
handelen.
Doel van het onderwijs
- De kinderen leren vertrouwen op hun eigen wil, hun intrinsieke motivatie. Dat legt de basis voor hun latere creatieve ondernemen op de levensweg. Daarom richten wij ons in het onderwijs op de algehele gezonde ontwikkeling van het hele kind, met speciale aandacht voor de wil, in relatie tot het denken, het voelen én de lichamelijke ontwikkeling zoals de motoriek.
De ondernemende school en de samenleving
- In de snel veranderende, complexe samenleving van deze tijd zien we twee tegengestelde tendensen. Aan de ene kant individualisering en steeds meer spiritualiteit, aan de andere kant een toenemende economisering en commercialisering en de neiging mensen als collectief te behandelen, zo ook in het onderwijs. Deze tijd vraagt erom dat mensen zelfstandig kunnen oordelen wat het goede is om te doen, in het licht van het geheel. Morele afwegingen bij alles wat je doet zijn belangrijk voor een maatschappij waarin we het individu recht willen doen, het egoïsme willen overstijgen en echte moderne sociale verbanden (gemeenschappen) in alle sectoren mogelijk willen maken.
- Alle vernieuwing komt voort uit initiatief van de enkeling. Het vraagt ondernemerschap in de breedste zin van het woord, om vanuit de complexe vraagstukken die zich voordoen op ieders levensweg, de samenleving vanuit deze eigen moraliteit te vernieuwen.
- We staan voor de uitdaging daarbij vanuit eigen waarneming, ervaring en inzicht, in afstemming met anderen, het geestelijke in de mens en de wereld steeds weer te betrekken en te ontdekken!
Mensbeeld
- Als je naar kinderen kijkt zie je dat ieder kind een betere wereld wil, ieder kind is een wereldverbeteraar in de dop. We bedoelen daarmee dat ieder kind een geestelijke impuls in zichzelf meeneemt om bij te dragen aan de ontwikkeling van de wereld. Als ondernemende school willen wij dat dit innerlijke morele kompas behouden blijft. Daarom is het belangrijk dat wij de kinderen leren te vertrouwen op hun eigen wil, hun eigen waarnemen en hun eigen intrinsieke motivatie. Daardoor leggen we een basis die het latere ondernemen op de levensweg veel gemakkelijker maakt. Hoe beter we ons richten op de gezonde fysieke en mentale ontwikkeling van het kind, hoe meer we dus bijdragen aan de ontwikkeling van een mooiere wereld.
- We zijn expliciet over ons mensbeeld: voor ons is de mens een wezen van geestelijke oorsprong en is de zintuiglijk waarneembare wereld volledig verbonden met een geestelijke wereld, die ons vaak onbekend is. We staan in deze tijd voor de uitdaging om deze wereld met aan de wetenschap ontleende precisie te leren kennen vanuit onze eigen waarneming, ervaring en inzicht. Op deze manier kunnen we ontdekken wat er in onszelf, ons onderwijs en onze samenwerking werkzaam is en wat niet. In de wil van de mens werkt zijn/haar diepste geestelijke wezen, dat zich uitdrukt in een intuïtief gevoel wat goed is om te doen. Dat is de realiteit waar wij mee willen (leren) werken.
Je wilt iets pas écht, als je het ook doet. |
De leerkrachten zijn pedagogen van binnenuit
- Onze leerkrachten zijn ondernemende en initiatiefrijke pedagogen met lef, die vanuit een liefdevolle verbinding met de kinderen, vakmanschap en creativiteit hun lessen en individuele begeleiding vormgeven. Zij willen zich steeds weer verdiepen in de ontwikkeling van de mens, om zich een diepgaande mensenkennis te verwerven. Zij leren, ook van de kinderen en elkaar, hoe zij met onderwijs die ontwikkeling kunnen stimuleren en vormgeven.
- De leerkrachten ontwerpen zelf hun lessen in samenspel met de kinderen, ingegeven door waar de kinderen staan in hun ontwikkeling en waar zij zelf heen willen. Zij willen een voorbeeld zijn door zelf ook een creatief, verantwoordelijk en ondernemend mens te zijn.
- Onze leerkrachten zijn geschoold in de Waldorfpedagogiek. Zij kijken met een holistische blik naar het kind en begeleiden niet alleen bij het ontwikkelen van intellectuele vaardigheden, maar ook bij creatieve, sociaal-emotionele en praktische vaardigheden. Binnen deze pedagogie vinden we de meest diepgaande en omvangrijke inzichten, aanwijzingen en een leerplan dat de leeftijd van het kind en zijn/haar ontwikkeling nauwgezet volgt, voedt en vervult.
- De leerkrachten willen de kinderen leren kennen in al hun eigenheid en talenten, waardoor kinderen zich echt gezien voelen en mogen zijn wie zij werkelijk zijn. Als school creëren wij een omgeving waar leerkrachten op een ondernemende manier, met professionele vrijheid, het onderwijs invulling kunnen geven naar wat kinderen vandaag, morgen en in de toekomst nodig hebben.
Meisje van 11 op de vraag wat voor leraar ze zou willen: ‘….dat je niet één van de zoveelste bent, maar dat je echt iemand bent’ |
De ouders
- Ouders kiezen voor de ondernemende school omdat zij hun kinderen een rijke leer- en ontwikkeling omgeving gunnen; waar naast de cognitieve ontwikkeling ook ruimte wordt geboden voor de creatieve en levensvormende ontwikkeling van het kind, zodat het kind kan opgroeien tot een compleet en evenwichtig mens. Ouders beseffen dat opvoeden en ontwikkelen niet stopt op de drempel van de schooldeur. Zij onderschrijven de pedagogische visie en uitgangspunten van de ondernemende school. Zij begrijpen dat de ontwikkeling van hun kind een samenspel is tussen school, leerkrachten en ouders en worden dan ook nauw betrokken bij de opvoeding van hun kind op school. Hun waarnemingen van en ervaringen met hun kind zijn van belang.
- Wij zien de ouders als medeondernemers bij de ontwikkeling van hun kind en de school. Ouders kunnen hier actief aan deelnemen, vanuit hun eigen ontwikkelingsweg. Van informeren, adviseren tot aan meebeslissen, waarbij gedragen besluitvorming het uitgangspunt is. Het kan gaan over de ontwikkeling van de school in zijn geheel tot aan deelname in besluitgroepen over de financiën van de school, de locatie, of andere zaken. De ondernemende school is als mini-gemeenschap een plaats om te oefenen.
Het bestuur
- Het formele bestuur is een dienend bestuur, dat de identiteit van de school bewaakt. De regelgeving geeft randvoorwaarden, het bestuur creëert de ruimte om hier op een ondernemende manier invulling aan te geven. Hierdoor kunnen de leerkrachten alle tijd, ruimte en aandacht die er nodig is besteden aan de ontwikkeling en opvoeding van de kinderen. Het bestuur is verantwoordelijk voor de bedrijfsvoering, de leerkrachten dragen de verantwoordelijkheid voor de invulling van zowel de processen als de inhoud van het onderwijs. De door de overheid gestelde kerndoelen zijn het minimale uitgangspunt en worden aangevuld met sociaal-emotionele, creatieve en praktische vaardigheden al naar gelang de ontwikkelingsbehoeften van de kinderen.
De school als gemeenschap voor samen leren
- De samenwerkingscultuur in de school is zo, dat er overal in de school geleerd kan worden: door het bestuur, de ouders, de leerkrachten en alle medeondernemers. We integreren het gevoel van onmacht en het nog niet weten in ons professionele handelen, als voorwaarde voor bewustzijnsontwikkeling. We maken daarbij gebruik van verschillende instrumenten, onder andere de techniek van de gedragen besluitvorming.
- We kiezen voor een bewuste, professionele aanpak als het gaat om ontmoeting en gemeenschapsvorming, inclusief ouders, vanuit het bewustzijn dat dit onontbeerlijk is om de bovengenoemde samenwerkingscultuur te realiseren. Zo creëren we een voedend sociaal klimaat voor de kinderen, waarin ze ervaren dat je elkaar steeds weer opnieuw kunt vinden. Een klimaat waar je leert dat fouten maken en mislukken de weg opent naar verdere ontwikkeling en dat je hierdoor juist verder komt bij het bouwen aan je eigen ontwikkeling en de gemeenschap.
- Sociale scholing De moderne manier van samenwerken, die de wereld op dit moment nodig heeft, is het uitgangspunt van de ondernemende school: samenwerken vanuit initiatief. Waarbij we het geestelijke steeds betrekken en ontdekken. Het klinkt zo logisch en is toch voor veel mensen nieuw. Dit kan niet zonder dat alle betrokkenen (leerkrachten en medeondernemers zoals ouders, mensen met een bestuurlijke rol ) openstaan voor (zelf)ontwikkeling middels scholing. Die gaat er bijvoorbeeld over hoe je kan blijven samenwerken als er lastige vraagstukken zijn, of je moeilijk overweg kan met een collega. Door ruimte te maken voor je eigen of de gezamenlijke onmacht, onbegrip of ‘niet weten’ en deze bijvoorbeeld even uit te houden, kom je verder. Ook kan je leren om vanuit de ontmoeting en het inzetten van je morele fantasie, je een beeld te vormen van de ander/het andere. Hierdoor breek je door de eerste oppervlakkige kijk op de zaak heen, en kan je het geestelijke leren waarnemen vanuit de fenomenen die zich in je eigen ervaring voordoen.